Realityshow

Echt een fan van realityshows ben ik niet. De levens van anderen, ook die van zogenaamde BN’ers, lijken vaak saaier dan het mijne. Ik heb dan ook weinig meegekregen van Jan en Jolande’s palingsoap en het wel en wee van de Brabantse zigeunerfamilie Bauer.

Maar The Osbournes vind ik te gek. Net zoals ik de serie Flodder te gek vond toen ik jong was. Zoals waarschijnlijk veel mensen, heb ook ik ergens een zwak voor het asociale, het aculturele, het onaangepaste en het politiek-incorrecte. Ik vind het meesterlijk als Sharon de ruzie met de buren bestendigt door een ham (!) over de schutting te gooien.

Ook het gemurmel en het gevloek van Ozzy werkt louterend voor iedere naar beschaving en welbespraaktheid neigende geest. En dan die kinderen; wat kunnen die hartstochtelijk zeuren, jennen, schelden en meppen.

Herkenbaar?

Een realityshow zou de ‘gewone burger’ inkijk moeten geven in het dagelijks leven van ‘bijzondere mensen’, de zogenaamde celebrities. Maar hoe langer ik The Osbournes volg, des te meer vragen er als aasgieren boven mijn onwetend hoofd cirkelen.

Zo vind ik het tamelijk toevallig dat de hond weer eens zo nodig moet schijten in het nette kantoortje van die manager. En hoe kan het dat Ozzy Osbourne ineens zonder het te weten moet optreden als co-host in een nieuwe TV-show van Sharon? Na de show zien we Ozzy in de taxi op weg naar huis. Totaal ondersteboven, in shock. Hij voelt zich erin geluisd door zijn vrouw, de manager van het hele circus, logisch. Gespeeld of allemaal echt gebeurd?

En waarom praat Ozzy doorgaans alsof hij na dertig jaar rotten eindelijk uit zijn grafkist is gekropen? Wat de in zijn traingingsbroek wonende prince of fucking darkness de hele dag door slikt of zuipt, tja, dat zien we niet.

Dus als deze realityshow meer vragen oproept dan ze beantwoordt: waarom blijf ik kijken?

Het antwoord is eenvoudig. Een realityshow is meer show dan reality. Ook als kijker van een realityshow hangen wij als een hulpeloze kat in het onzichtbare gordijn dat ons afschermt van de werkelijke werkelijkheid.

Onze niet te stillen honger naar werkelijkheid en waarheid leidt uiteindelijk naar het paradijs van de illusie: de fictie.

Zalig zijn zij die haar niet alleen horen of zien, maar ernaar leven.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *